Backpacking again! - Reisverslag uit Willemstad, Curaçao van Anne-Sofie Sanden - WaarBenJij.nu Backpacking again! - Reisverslag uit Willemstad, Curaçao van Anne-Sofie Sanden - WaarBenJij.nu

Backpacking again!

Blijf op de hoogte en volg Anne-Sofie

31 Juli 2018 | Curaçao, Willemstad

Lieve allemaal,

Daar ging ik dan, op naar Colombia. Een huisgenootje had mij naar het vliegveld gebracht, een dag nadat Eva weer naar Nederland was vertrokken. Nadat ik haar had weggebracht en voor de laatste keer in 'mijn' auto reed, voelde heel gek. Alle mensen waarmee ik al die tijd had doorgebracht waren alweer terug in Nederland en de mensen die er nu nog waren zijn pas later gekomen. Ik nam de dag van vertrek nog eens alles door van de afgelopen 5 maanden. Wat vliegt de tijd toch, wat een bizarre periode was het geweest en wat heb ik weer veel geleerd en gezien. Maar toch vond ik het goed om nu weg te gaan. Ik heb het eiland, zeker na het bezoek van papa en mama en Laure en Eva tig keer gezien en dus had ik het er wel een beetje mee gehad. Curaçao is prachtig en ik kijk terug op een mooie tijd daar, maar Australië is het nog steeds hoor. Het liefst vlieg ik er per direct naartoe om nooit meer terug te komen.

Maar ja jongens, ik weet het. Het leven wat ik nu lijd kan ik niet altijd blijven leven, maar bovenal, Groningen wacht op mij! Nadat ik te horen kreeg dat ik was aangenomen in Groningen ben ik meteeb op zoek gegaan naar een kamer. Voornamelijk op Facebook door alle 'kamers huren Groningen' etc af te struinen en door zelf een bericht op Facebook te zetten. En dat laatste werkte! Vijaya, ken ik nog uit Boston, had het bericht gedeeld en een vriendin van haar had een bericht van iemand die zij dan weer kende en een bericht voor iemand anders had gedeeld, gezien. Ja, snappen jullie het nog? Ik kreeg een screenshot van dat bericht van Vi doorgestuurd en reageerde meteen op de kamer. Een huis met 4 andere meiden, die allemaal dit jaar beginnen met hun (pre)master of al bijna klaar zijn. Perfect voor mij dus. Ik hoef niet meer met alleen maar 18-jarige in een huis te zitten en elk feestje afgaan, ik denk dat ik inmiddels kan zeggen dat ik die tijd (zo goed als) achter mij heb gelaten.

Dus, ik reageerde op het bericht en reageerde op nog wat andere berichten die ik op Facebook voorbij had zien komen. Elke dag checkte ik 2x heel Facebook om te zien of er nog iets nieuws op was gekomen. Mijn doel; voor Cuba zou ik een kamer hebben. Men vond het een onmogelijke opgave, maar jullie kennen mij ondertussen. Als ik iets wil, ga ik ervoor en laat ik het niet meer los. Ik snapte natuurlijk dat het grotendeels buiten mij om lag, maar alles wat ik eraan kon doen, deed ik. Zo reageerde er redelijk wat huizen dat ik op de hospitatie avond mocht komen. Daar werd ik niet goed van, ik had zó duidelijk in mijn bericht gezet dat ik de aankomende tijd nog niet in NL zou zijn, maar daar lazen ze allemaal overheen. Waarschijnlijk omdat er op elk bericht wel 100 mensen reageerden en ze alweer vergeten waren dat ik 'dat ene meisje wat niet in NL is' was. Ik stuurde dan meteen terug dat, zoals aangegeven in mijn eerste bericht, ik facetimen of skypen super zou vinden. Daarna lieten ze het dan afweten.

Maar niet dit huis. Natuurlijk kon dat. En zo had ik op de dag dat ik naar Colombia vloog, sterker nog, 3 uur voordat ik de lucht in ging, een kennismakingsgesprek. Ik vond het gesprek super gezellig, maar ik durfde niet teveel hoop te hebben. Ik had geen idee hoe de andere hospitatie waren en dus begon het wachten. En toen, de dag daarna, kreeg ik een berichtje van ze. Ze zouden het heel leuk vinden als ik hun nieuwe huisgenoot zou worden. YES! In een keer raak! Zie je wel, het lukt mij wel! Het is nog niet helemaal duidelijk wanneer ik er precies in zal trekken, maar begin september zal dat zeker zijn.

Goed, ik vloog dus naar Colombia. Net nadat ik met vele Colombianen op het vliegveld Colombia had zien verliezen met penalty's... Ontzettend pijnlijk voor ze, maar zo trots als ze zijn liepen ze dagen daarna nog met hun gele voetbalshirtjes rond. Ik kwam 's avonds aan in Bogota. De stad zag er van boven met al die lichtjes zo groot uit. En dat bleek het ook te zijn. Alleen het vliegveld al was een kleine shock voor mij. In Curaçao was ik natuurlijk zo gewend aan dat alles klein was en hier was het groot groter groots. Ik ging op zoek naar de immigratie, maar kreeg niet veel tijd om rond te kijken. Een blonde meid, lang, bruin, dat bleek veel bekijks op te leveren. Maar, alleen even vriendelijk en zonder bijbedoelingen. Ook bij de immigratie waren ze super aardig en sprak mevrouw heel goed Engels. Dat bleek alleen wel, op twee mensen die in het hostel werkten, de enige mevrouw in tijden te zijn geweest die Engels kon.

Ik bestelde een uber, die in Colombia nog illegaal is. (Uhm papa en mama als jullie dit lezen, ja sorry de taxi van het hostel was toch niet helemaal gelukt en dus nam ik een eigen taxi). Toen ik, vooral papa, vertelde dat ik naar Colombia ging kreeg die arme man bijna een hartaanval, wat gaat ze nu weer doen?! Papa vond het in een Zuid-Amerikaans land toch niet zo verantwoord, wat ik mij goed kan voorstellen. Dus ik beloofde hem plechtig dat ik niet alleen in taxi's zou stappen om zo te voorkomen dat er iets geks zou gebeuren. Ik kon via het hostel een taxi bestellen en had dat gedaan, maar ik kreeg net voordat ik vloog een mail dat er iets mis was gegaan en dus bestelde ik op het vliegveld zelf een taxi. Uberchauffeurs zijn wel gewoon geregistreerd en ik wist zeker dat het goed zou komen. Door weken geen internet in Cuba heb ik dit pap en mam nog niet verteld, vandaar.

Meneer de taxichauffeur was super aardig, maar Engels spreken kon hij natuurlijk niet. Dus, hoe vind je een meisje op een vliegtuig die een uber besteld als je niet mag laten zien dat je eigenlijk een taxi bent? Dan vraag je via de chat bij de uber app hoe ik eruit ziet. Ik kreeg opeens allemaal Spaanse vragen op mijn telefoon en snapte er niks van. Gelukkig hielp Google translate mij een handje en kwamen we er samen uit. Ik ging zo onopvallend mogelijk naar de auto waar ik voorin moest zitten. Anders zou het opvallen dat meneer hieraan verdiend. Prima. Ik heb hele gesprekken met hem gevoerd, voornamelijk in het Spaans wat ik dan wel weer verstond en begreep en kreeg hij heel wat handgebaren, Engelse en Spaanse woorden van mij terug. En zo begrepen we elkaar toch. Hij zette mij netjes af bij het hostel en ging snel slapen, want het was alweer laat.

De volgende ochtend bij het ontbijt ontmoette ik flink wat backpackers en gingen we samen op stap. We krijgen een tour door de stad, proefde de lokale groente en fruit en probeerde koffie, want daar staat Colombia ook bekend om. Enkele dingen vielen mij meteen op. Wát een grote stad is het. Wat voel ik mij hier op mijn gemak en veilig, wat zijn de mensen ontzettend lief en vriendelijk en willen ze je overal mee helpen, wat is het eten lekker en bovenal goedkoop (lunch voor 2,50) en wat is het er koud!!!! Ik ging van 35 graden en volle zon naar 18 graden en 4 seizoenen in één dag. Op een dag is er zon, bewolking, regen en onweer. Scheen de zon, dan was het warm en kon je in een korte broek lopen, was de zon weg, dan had ik meteen mijn dikste trui aan en had ik het nog koud. Mijn lichaam was natuurlijk wel enorme warmte gewend, maar iedereen liep wel met een vestje aan dan.

Daarbij viel mij nog wat op; de politie en het leger die op elke straathoek staan met een enorm geweer. Even is dat heel gek, maar eigenlijk voelde ik mij er alleen maar heel veilig door en heb ik niks gemerkt van onveiligheid. Maar, wij wilde een berg beklimmen om bij een mooi uitkijkpunt te komen en dat mochten wij na 14:00 niet meer doen. Reden: dan is daar geen politie meer en beginnen de berovingen. Duidelijk, dat moet je dan dus ook gewoon niet doen en zal alles goed gaan. Ik heb de stad in die paar dagen redelijk goed kunnen doorkruisen en gezien en heb heel veel gevraagd aan de tour guide die een beetje Engels praatte. Zolang wij gewoon uit de buurten blijven waar het nog niet zo veilig is, is het allemaal prima. Ze zijn zo goed bezig met het opbouwen van een prachtig land en stad en ik kan echt iedereen aanraden om er naartoe te gaan. Ik wil er graag heel snel weer naar terug, maar wel met een voorwaarde: dat ik Spaans spreek. Zonder kom je er, maar daar houdt het mee op. Ik wil met de mensen kunnen praten, vragen kunnen stellen en ze echt kunnen begrijpen. En daarbij nog: niemand heeft mij lastig gevallen! Er werd niet geroepen of gefloten, ze zijn super netjes. Het tegenovergestelde van Cuba... Maar dat komt later in deze blog.

Daarbij kwam ik naar Bogota met nog een doel, een bezoek aan het kindertehuis waar mama zo'n 38 jaar geleden Mirjam heeft geadopteerd en waar ik mijn tweede naam aan te danken heb. Ik heb altijd graag met mama een reis naar Colombia willen maken, om te zien wat zij nog herkend, om te zien wat er veranderd is en natuurlijk vooral om te zien waar Mirjam in het kindertehuis zat en of er eventueel nog broers of zussen of zelfs ouders leven. Met mama samen ging nu even niet, maar ik was er en ik ging op onderzoek uit. Totaal niet als opdracht van mama, die wilde dat ik daar lekker de stad in zou gaan en waarschuwde mij zelfs. Als ik naar het kindertehuis zou gaan, zouden er veel kindjes naar mij toe komen, misschien wel 'mama' naar mij roepen en vooral heel graag met mij naar huis willen gaan. Maar ook vertelde mama mij dat de hygiëne er toendertijd heel slecht aan toe was. Toch besloot ik te gaan. In het hostel ontmoette ik een man van ik denk wel zeker 55 jaar oud. Geboren in Australië, ouders komen uit Italië, die al een tijdje in het hostel woonde. Nee, het was echt geen creep, maar een hele aardige man die van een praatje hield en goedkoop in het hostel kon verblijven. We waren aan het praten toen hij vroeg waarom ik voor Bogota had gekozen. Net zoals mama ben ik een redelijk open boek en vertelde ik het verhaal.

Omdat Daniel Engels en Spaans spreekt bood hij aan om mee te gaan om zo wat te kunnen vertalen. Daar kon ik natuurlijk geen nee op zeggen. Ik vroeg hem of hij eerst zou willen bellen met de vraag of we de dag daarna wel langs zouden mogen komen. Dat bleek prima te zijn en Daniel gaf al wat informatie door over Mirjam. De volgende ochtend stapten wij samen in een uber en begon het avontuur. We kwamen in een wijk terecht waar ik, als ik alleen was geweest, voor een miljoen zou zijn uitgestapt, maar eenmaal voor het kindertehuis kwamen we in een iets betere wijk terecht. Daniel was er gelukkig dus bij en we waren beide nog een beetje aan het bijkomen van de 'slechte' wijk toen er plots allemaal kinderen uit het raam hingen en naar ons riepen. Dit waren kinderen uit het kindertehuis, die ons doorverwezen naar de zijkant van het gebouw waar de ingang zou zijn. Ik was nog geen eens binnen, we stonden nog buiten de hekken, maar nu schreeuwden ze al 'take me home'. Heel even dacht ik nog, jeetje wat doe ik mijzelf aan. Maar ik was er nu en ik wilde het met eigen ogen zien en aan mama kunnen vertellen.

We liepen het grote terrein op en toen zagen we hoe mooi en groot het was. Alleen de ontvangst al was heel netjes en goed geregeld en de wachtruimte zag er alles behalve arm uit. We moesten even wachten totdat Maria ons kwam ophalen. Ze vroeg meteen of wij Spaans spreken, want Engels kon zij niet echt. Gelukkig had ik Daniel bij mij. Daarbij heb ik de afgelopen weken ontdekt dat ik Spaans kan verstaan. Wat ze ook zeggen, ik snap de context. Natuurlijk niet elk woord, maar ik snap helemaal waar het over gaat. Terug praten gaat alleen wat lastig.. We werden eerst naar de directrice van het kindertehuis gebracht. Zij kon super goed Engels en verontschuldigde zich meteen. Ze had alle informatie over Mirjam ontvangen, maar 2 jaar geleden hebben zij alle gegevens moeten inleveren aan de overheid. Daardoor kon zij geen gegevens van Mirjam meer inzien. Jammer natuurlijk, maar ik had niet verwacht dat er nog iets bewaard zou zijn. Mevrouw gaf aan dat zij ons wel kon helpen met het achterhalen van de gegevens. Dit duurt echter wel 6 maanden en zou nu dus veel te laat zijn. Maar goed, het is heel fijn dat weten dat er eventueel nog wat gegevens beschikbaar zijn.

Daarna nam Maria ons weer mee en kregen wij een uitgebreide rondleiding. Alles zag er zo mooi en goed verzorgd uit, heel anders dan toen mama er was. De kinderen hebben goede bedjes, mooie badkamer en de hygiëne is er zoals die zou moeten zijn. Alleen dat vond ik al zo fijn om te zien, dan kon ik mama in ieder geval vertellen dat het er nu veel beter is en de kinderen echt niet zo hoeven te lijden. Toen kwamen we bij de baby's, nog liggend in de couveuse. Mijn hart smolt, wát een schatjes. Sommige waren nog geen week oud. Zo liepen we langs alle afdelingen en kwamen we bij de oudere kindjes terecht. Ik vroeg of alle kindjes een 'aandoening' hebben, maar dat is niet zo. Bij sommige zag je dat ze aan het zuurstof zitten, hun oogjes niet goed zijn Etc, maar velen zijn ook helemaal gezond.

De baby's worden goed verzorgd en ook de peuters hadden genoeg plek om te spelen. De peuters vonden mij wel al heel interessant, maar waren ook druk aan het spelen met wat vrijwilligers die er rondlopen. Dit zijn allemaal meiden en jongens uit Colombia die hun steentje bijdragen, zo mooi! Toen kwamen we bij de kinderen vanaf 4 jaar... Ik was de deur nog geen eens helemaal binnen of ik had al 3 kinderen aan mijn benen en 2 aan mijn armen hangen. 'Gelukkig' noemde zij mij nog geen mama, ze zagen dat ik de leeftijd van de vrijwilligers had. Maar, ze hadden wel meteen door dat ik ten eerste nieuw was en ten tweede niet uit Colombia kwam en dit hun kans was om uit het kindertehuis te komen. Vooral David maakte veel indruk op mij. Zo'n leuk jochie, iets jonger dan Flip nu, die steeds aandacht wilde, mij al het speelgoed liet zien, buiten met mij voetbalde, en vooral de hele tijd zei 'I want to go home with you'. Nou, je kon mij opvegen. Ik had hem zó graag mee naar huis willen nemen. Maar ook alle andere kinderen hingen om mij heen en ik heb heerlijk met ze gespeeld, gekletst en hun vooral vertroeteld. Ik had met mijzelf afgesproken geen kinderen op te tillen, want in Nederland smelt ik dan al, laat staan hier. Nou dat lukte dus niet.

Ik vroeg aan Maria hoe het zat met deze kinderen, ze zijn al wat ouder en ik weet hoe ouder, hoe minder snel ze geadopteerd worden en hoe meer 'problemen' het kan opleveren mochten ze toch geadopteerd worden. Dat moest zij beamen. Ze gaf David als voorbeeld, hij heeft nu al bindingsproblemen, wat ik natuurlijk ook meteen zag. Alhoewel de kinderen het nu echt goed in het kindertehuis hebben en ik ze een soort van opgelucht (vanwege de goede verzorging en hygiëne) kon achterlaten, snakken ze naar liefde en aandacht van een ouder. Na poging 10 om dan toch echt afscheid te nemen van de kinderen tot 8 jaar en David letterlijk van mijn been afgetrokken moest worden, vervolgde wij onze tour. Tot 12 jaar kunnen de kinderen in het tehuis blijven, dan gaan ze naar een andere opvang. Aan Maria merkte ik dat die opvang minder is en deze kinderen vaak het erg moeilijk hebben daar. De kinderen tot 12 gaan naar school die in de buurt zit en ook zit er een kinderopvang in het tehuis zodat de kinderen ook andere kinderen ontmoeten.

Ik probeerde met mijn paar woorden Spaans nog wat te kletsen met een meisje wat net 12 was geworden en dus na de zomer weg moet. Daar heb ik het maar niet met haar over gehad.. Na alles gezien te hebben, ook de enorme tuin zag er goed uit met heel veel speelgelegenheden, was het tijd om weer te gaan. In de uber moest ik alles even verwerken, wat een trieste bedoeling blijft het toch. Maar, ik was erg opgelucht dat ik mama kon vertellen dat de kinderen het goed hebben daar. Na weer in het hostel te zijn aangekomen moest ik meteen mijn koffer pakken en ging ik naar het vliegveld toe. Op naar Cuba! Het inchecken was nog een heel gedoe, alles gaat enorm langzaam wat ik inmiddels gewend ben, maar nu praatte ik ook geen Spaans en vlieg ik met een maatschappij waar ze meeste mensen nog nooit van gehoord hadden (tja, hele goedkope vlucht) en moest ik ook daar nog een visa voor cuba kopen. Ach, het kwam zoals altijd weer goed, maar alles had wel zo lang geduurd dat ik een sprintje trok naar de gate. Daar kon ik nog héél snel mama en papa facetimen, kort het verhaal verteld en toen heel snel gedag zeggen, want de aankomende 3,5 week zou ik geen internet hebben.

En zo stapte ik weer het vliegtuig in en had ik een hele aardige Cubaan en Duitser naast mij. Tobias, de Duitse jongen en ik, hadden samen met de Cubaan 3,5 uur de grootste lol. Wij vroegen hoe het nou precies zat met pinnen, wat zo goed als niet kan, internet wat er niet zou zijn, en hoe zij elkaar dan bereiken. Hij gaf ons zijn nummer, voor als er iets was of we iets leuks wilden doen. Maar Tobias vroeg zich toch wel af hoe dat nu werkt. Hij gaf een nummer met maar 6 cijfers. Veel te kort en Tobias snapte het maar niet, op welke manier hij aan de Cubaan ook maar uitlegde dat dit nummer nooit kon kloppen. Nou, mij hoorde je het alleen maar uit gieren, we zouden écht 50 jaar terug de tijd in gaan.

En dat bleek ook zo. Wilde wij hem bellen, moesten wij zijn huisnummer bellen. Maar, wat nou als hij niet thuis was? Ja, dan was hij dus niet bereikbaar. Maar wie neemt dan op? Niemand dus. Hij snapte niet waar wij zo'n punt van maakte, maar wij zijn onze mobiel gewend die we eeuwig bij ons hebben en altijd bereikbaar op zijn. Ook legde hij uit hoe we af en toe gebruik konden maken van het internet. Je moest op zoek gaan naar een klein winkeltje genaamd 'estaca' waar ze kaartjes verkopen. Die kras je open, dan komen er twee codes tevoorschijn. Vervolgens ga je op zoek naar 'een parkje'. Ja, zo legde hij het uit en Tobias en ik dachten echt dat we niet goed werden. Een parkje? Wat voor parkje? Waar is zo'n parkje? Zijn er overal van die parkjes? Waar zie parkjes zijn kon hij ons niet vertellen, maar als je ergens langs liep waar mensen zitten en naar hun mobiel staren, dan zou dat het zijn. Je ging dan op zoek naar WiFi, zou die 2 codes invullen en dan zou je een uur kunnen internetten. Of hij het dan ook echt deed, dat was dan wel weer de vraag. Duidelijk. We bereidde ons voor op communicatie met handen en voeten, want ook deze Cubaan vertelde ons dat niemand Engels kan.

Na de 3,5 uur vliegen kwam ik aan op Havana airport. Dit stelde helemaal niks voor en na een snelle stempel in mijn paspoort stond ik buiten, want ik reisde enkel met handbagage. Laura zou vanuit Nederland naar Havana vliegen en zou er al moeten zijn, dus ik hoopte maar dat ik haar ergens zou zien. Nou ik zag Lau als eerste hoor. Blond en lang, daar heb je er precies geen van in Cuba. Het was ondertussen alweer avond en na wat afgedingt te hebben bij de taxi gingen we op weg naar onze 'casa'. In Cuba bestaan namelijk slechts 2 hostels en verder zijn er alleen 'casa particular'. Dit zijn kamers in huis die de Cubanen zelf verhuren. Wat een succes zeg! Dat zouden ze in elk land moeten doen. Zo gezellig, zo leuk om te zien hoe de mensen leven en de leukste uitjes of restaurants via hun te weten te komen.

Even wat dingetjes over Cuba; het is terug in de tijd x10. Alles gebeurd nog te paard. Ga je even boodschappen doen, dan moet je niet gek opkijken als de helft dit per paard komt doen. En dan niet met een mooi zadel op het paard zijn of haar rug, maar gewoon op het paard springen en gas erop. Sommige hebben een auto, vaak ben je dan taxichauffeur en anders is het een teken dat je het goed hebt. De auto's zijn nog echt van die oude mooie bakken die je altijd op de ansichtkaarten ziet staan. Verder is Cuba arm, heel arm. Men verdient per maand gemiddeld zo'n 10-12 CUC. Dat moet ik dan ook meteen uitleggen. Er zijn 2 valuta's hier. Een voor de bevolking, de CUP, en een voor de toeristen, de CUC. De CUC staat gelijk aan de dollar in Amerika en 1 euro is dan dus ongeveer 0,85 cent. Ja, de mensen verdienen hier dus heeeeeel weinig.
Maar wat ons ook opviel, de hele dag doen Cubanen niks. Echt waar. Iedereen zit op hun eigen kleine terrasje, beschut, voor het huis, in een stoel die zo'n heel klein beetje heen en weer schommelt. Op welk moment van de dag je ook langs laat, ze zitten daar. Zo ook de mensen waar wij verblijven, ze zijn áltijd thuis. We hebben altijd een sleutel van onze kamer, maar nooit van de voordeur. Eerst vonden we dat verwarrend, wat als ze niet thuis zijn? Nou, geen zorgen dus, ze zijn altijd thuis. Dus dachten wij, logisch dat er geen inkomsten zijn, want ze werken niet. Maar dit blijkt anders te zijn. Iedereen werkt wel degelijk. Alleen beslis je zelf wanneer je wel of geen zin hebt om te werken. En wat denken jullie? Je krijgt allemaal hetzelfde betaald. Er is hier een hele rare constructie, maar men ontslaat niemand. Meestal werkt men een week per maand 'hard', laten ze zien dat ze nog wel leven en wat kunnen en krijgen ze dan uitbetaald. Bizar, maar waar. Met die 10-12 CUC moeten ze dan rondkomen, wat natuurlijk heel weinig is.

Alleen zijn de lasten van de mensen hier heel laag. Gas, water en licht kost ongeveer 0,30 cent, onderwijs en gezondheidszorg is gratis. Een huis bouw je zelf en is dan gelijk voor jou, of je koopt het en hoeft dan ook nooit meer er iets extra's aan te betalen. Ze houden dus altijd wel 10 cuc over voor de boodschappen. Dan zijn er een soort van coupons die ze elke maand van de overheid krijgen. Daarmee kunnen ze voor een paar cuc enorme hoeveelheden rijst, olie, kip etc van kopen. Het geld wat ze overhouden kunnen ze dan uitgeven voor groenten en andere boodschappen. Het is niet veel, maar ze komen er een heel eind mee. Veel boodschappen zijn er overigens niet en supermarkten zijn al helemaal schaars. Er zijn op elke hoek van de straat wel nog een soort van ouderwetse buurtsupermarkten, maar meer dan meel, rijst en wat brood is er niet te vinden. De supermarkten die wij in de grote steden hebben gezien bestaan uit een paar schappen. Een schap met rum, een met rijst, een met water (men drinkt hier zelf vaak het water uit de kraan) en wat groente in blik. Vers fruit zoals mango, bananen etc hangt hier overal aan de bomen wat ze eten, maar groente is schaars en ligt aan het seizoen. Wij hadden geen geluk, in al die tijd hier heb ik een paar sperziebonen op en dat is het.

Een auto heb je dus enkel als je taxichauffeur bent, anders doe je alles te paard of met de fiets. Fietsen is hier net zo gewoon als in NL en dat hadden wij natuurlijk niet verwacht. Verder verdienen de mensen die kamers verhuren daar goed aan. Ze moeten maandelijks 35 CUC aan de overheid betalen en daarnaast 10% van het totaalbedrag wat zij maandelijks verdienen. Verder zijn de inkomsten voor hen en komen daar de eventuele ontbijten en diners nog bovenop, want daar staan ze niks van af. Verder is er nog een enorme sociale controle. Iedereen kent de politie die in jouw wijk werkt en zijn daar beste vrienden mee. Diefstal of geweld komt ook totaal niet voor, iedereen gaat super gemoedelijk met elkaar om. Alle deuren van het huis staan ook altijd open en denk maar niet dat iemand daar iets probeert te stellen. Dat zal meteen de buurt rond gaan en binnen no time zal iedereen op de hoogte zijn en kun je je daar niet meer vertonen.

Het woord stress kent hier niemand, je werkt wanneer je wilt en verder zit je de hele dag dus in je stoel. Iedereen is dus wel te dik, veel dikke buiken die ze maar al te graag showen. Heel gek, maar het is hier blijkbaar heel normaal om je shirt omhoog te trekken zodat het een soort van naveltruitje wordt. Wij denken dat het met de hitte te maken heeft. Wij als toeristen hebben daarbij altijd een airco in de kamer, men zelf doet het met een ventilator, als die er al is. Verder heeft iedereen een tv en staat dat ding de hele dag aan. Ohja, en normaal praten kunnen ze hier ook niet, alles gaat schreeuwend. Heel gek. Daarbij zijn er in elke stad wel universiteiten, maar gaan weinig mensen daar naartoe. Het is gratis, maar vaak is de studie die de student wil volgen in een andere stad en kom daar maar eens. Een bus is te duur voor ze en daarna zijn ze niet gewend vroeg uit huis te gaan, zeker omdat je daar geen geld voor hebt.

Daarbij is het in de maanden juli en augustus het orkaan seizoen, wat dus inhoudt dat de kans op een orkaan groot is. Nou, daar merken wij niks van. Het is elke dag minimaal 35 graden met een benauwdheid van hier tot Tokio. Een stap buiten en je zweet op plekken waar je nog eens van wist dat je er kon zweten. Te vies voor woorden, maar je went eraan. En ook 's avonds koelt het niet af, hoe vaak ik wel al niet zwetend in een restaurant of buiten hebben gezeten is ondertussen ontelbaar. De Cubanen vinden het ook verschrikkelijk en je hoort ze dan ook veel klagen over de hitte, en geef ze eens ongelijk.

Ik ben zelfs bijna op het punt dat ik het graag weer eens koud wil hebben. En dat punt heb ik volgens mij nog nooit bereikt, dus dan weten jullie hoe erg het is. Verder reizen wij dus met bussen die airco hebben en is dat echt top. Een auto huren is duur, benzine is duur, zo'n 1,30 euro per liter en de auto's vallen nog net niet van ellende uit elkaar. Hoe meer je naar het oosten rijdt, hoe slechter de wegen ook worden. En dan bedoel ik echt slecht slecht.

Verder kunnen Laura en ik hier geen seconde rustig rondlopen, want aangezien iedereen buiten zit, ziet iedereen ons voorbij lopen. En tja, twee blonde lange meiden, dat vinden ze interessant. In het begin is het nog wel grappig, maar naarmate het elke minuut van elke dag wordt, is het gewoon heel irritant. Elke keer weer wordt er 'boyfriend' of 'I want to marry you' 'where you from' of 'beautiful' geroepen met daarbij een fluitgeluid of een ander vies makend geluid. We proberen het nog maar steeds als een compliment te zien, maar echt leuk is het niet.

Maar behalve dat, is het land dus geweldig. Er zijn zoveel verschillende dingen te doen en te zien dat je je hier absoluut een hele tijd kunt vermaken. De mensen laten je echt 'thuis' voelen en de sfeer die er hangt is heerlijk. Doordat er nergens WiFi is praten mensen nog eens echt met elkaar en dat is zo fijn om te zien! Daarbij is er altijd op elke straathoek muziek en wordt er áltijd gedanst. Wat een feest toch?!

Zo, weten jullie ook weer hoe het er in Cuba aan toe gaat. Ondertussen ben ik al een goede 2 weken onderweg en zal ik jullie in mijn volgende, tevens laatste denk ik, blog vertellen wat ik hier allemaal heb gedaan.

Liefs!

  • 31 Juli 2018 - 09:23

    Ad:

    Lieve dochter, trots op je. Mooi verhaal weer. Kan niet wachten tot het 7 augustus is !
    Tot snel en geniet ook van Miami.
    Liefs en groeten papa xx

  • 31 Juli 2018 - 09:25

    Ad:

    Lieve dochter, trots op je. Mooi verhaal weer. Kan niet wachten tot het 7 augustus is !
    Tot snel en geniet ook van Miami.
    Liefs en groeten papa xx

  • 31 Juli 2018 - 10:35

    Margriet:

    Lieve Anne Sofie,

    Wat mooi dat je naar het kindertehuis bent geweest van waaruit Mirjam door Nelly en Wouter is opgehaald. Fijn ook dat de omstandigheden waaronder deze baby's en kinderen leven zo verbeterd is. Moet toch een vreemd gevoel zijn geweest dat ooit jouw mama haar voetstappen in hetzelfde gebouw heeft achtergelaten.
    Je hebt al met al weer genoeg gezien, nieuwe mensen mogen ontmoeten en kunnen proeven en ruiken van , voor ons (nog) onbekende landen. Geniet nog een paar dagen voordat je in het vliegtuig stapt dat je naar jouw moederland zal vliegen en waar vanaf september een ander(studenten) leventje op jou wacht.
    liefs Margriet

  • 31 Juli 2018 - 17:32

    Henriette:

    Hoi Lieve Anne-Sofie,

    Zo wat een super leuk verhaal!
    Jij kan niet alleen lekker kletsen maar ook nog eens alles goed op de mail zetten❤️!

    Kom maar veilig terug naar huis, dan moeten we not wel een keer afspreken voordat je naar Groningen gaat hoor!

    Tot snel

  • 01 Augustus 2018 - 15:11

    Nelly Onrust:

    Lieve Anne-Sofie,

    Wat een mooi en bijzonder blog heb je weer geschreven. Wat heb je toch al veel gezien, geleerd en meegemaakt.

    En ja, het is maar net waar je wieg heeft gestaan, dat is bepalend voor de rest van je leven. Die van jou stond nogwel in Uden en toch is het goed gekomen met jou. Hoe is het mogelijk! De beelden van het kindertehuis zullen je hele leven op jouw netvlies blijven staan. Al die kindertjes hebben er niet om gevraagd om daar te zijn. Hun mama's konden door omstandigheden niet anders of werden, door wie dan ook, gedwongen om hun baby af te staan. Vreselijk, afschuwelijk toch! Ik wilde toen ook niet alleen Mirjam maar al die kinderen meenemen wat natuurlijk niet kon. Maar wat fijn dat er een nieuw gebouw staat, dat de boel aangepakt is, want dat was in 1979 eigenlijk al nodig. Eens zal ik dat met eigen ogen gaan aanschouwen en belet mijn leeftijd mij om weer met een Colombiaans kindje terug te keren op Schiphol. Een andere reden kan ik niet bedenken, ik heb nog genoeg liefde over om te geven.

    En toen stond je op Cuba en die jongens en mannen maar fluiten. Nou wanneer ze niet meer naar je fluiten en ik spreek uit ervaring, dan heb je echt een probleem hoor, dan word je oud!

    Inmiddels ben je in Miami neergestreken, geniet nog maar even van je rust want eenmaal thuis klets ik weer de oren van je hoofd en heb je nog "van alles" te doen voordat het Groningen avontuur begint. Nog even en we zijn weer echt "live", HEERLIJK!!!! !

    Liefs en dikke kussen, mama.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Anne-Sofie

Actief sinds 30 Aug. 2017
Verslag gelezen: 447
Totaal aantal bezoekers 53343

Voorgaande reizen:

13 December 2019 - 17 Februari 2020

Another trip!

01 Augustus 2017 - 07 Augustus 2018

Het grote avontuur

Landen bezocht: